Wanneer ben je voldoende aangepast aan Spanje?

Om te ontdekken of je veranderd bent in een Spanjaard volgen er hierna enkele punten die je kan gebruiken om de gebeurlijke vooruitgang te ontdekken.

1. Je geraakt meer lichamelijk ingesteld: daarmee wil ik niet zeggen dat dit altijd slecht is maar de Spaanse cultuur is meer lichamelijk ingesteld dan wij in het noorden gewoon zijn. Men merkt dit vooral op de werkplaats waar het compleet normaal is om zijn collega’s aan te raken wanneer men een betoog houdt. Ook een kus of een omhelzing moet kunnen wanneer men op of van vakantie komt.

2. Je begint te roepen naar kelners: je moet hoe dan ook toch hun aandacht trekken?

3. Je neemt uw ontbijt in een bar: bedenk dat het woord “bar” een andere betekenis heeft in Spanje. Soms kan je het beste vers geperste fruitsap, de beste koffie of de beste tapa in een bar vinden. Ook het drinken van een caña (klein biertje) is gewoon acceptabel. Bars zijn dus vrij universeel voor het ontbijt, lunch, diner en voor een drankje. Een bar is dus vergelijkbaar met een restaurant. Een vrouw kan gerust met haar baby in een bar gaan en niemand zal er van opkijken.

4. Je verliest uw politieke correctheid: politiek correct zijn gaat na een tijdje verdwijnen. Je kan proberen zijn correctheid te bewaren maar eenmaal men zich realiseert dat het geen vooroordelen zijn maar dat het een culturele manier van omgaan is met een grote buitenlandse bevolking.

5. Je stopt met beleefd te zijn: als noordelingen zijn wij binnen onze werkomgeving dikwijls beleefd en soms zelfs overbeleefd. Wanneer je tijdens een werkevaluatie van uw baas te horen krijgt dat indien iemand u op een meeting toeschreeuwt dat u dan moet terug schreeuwen, dan besef je dat je uw vorm van beleefdheid moet terug schroeven.

6. Je mixt uw wijn of uw bier met iets anders: hoe zou het smaken indien het niet gemixt was?

7. Hangende stukken vlees in een bar lijkt normaal: Het zien van een aantal varkenshespen bij het binnenkomen in een bar is een duidelijk teken dat het een goede tapas bar of restaurant is. Na een tijdje merk je dit niet meer op en zie je de hammen alleen nog als er iemand bij u is.

8. Je hebt er vertrouwen in als je de Spaanse bureaucratie moet tegemoet treden. Na uw aanvraag voor uw NIE, uw inschrijving op de gemeente, de sociale zekerheid, de belastingdienst, het aanvragen van een Spaanse inschrijving voor uw wagen en de aanvraag van een Spaans rijbewijs kan er niets meer gebeuren. Je weet dus dat je ondertussen van zowat alle documenten kopies moet meebrengen, sommige zelfs in drievoud en niets krijgt u nog zenuwachtig.

9. Je kan niet stoppen om iedereen te kussen. Een persoon kussen die u gaat interviewen voor een jobinterview is normaal, uw collega’s kussen is dus ook normaal. Wees enkel voorzichtig dat je naar uw thuisland gaat en op dezelfde weg verder gaat. In de meeste noordelijke landen is dit niet zo gewoon.

10. 8 uur ’s avonds is te vroeg voor een avondmaal maar 9 uur is normaal. Mensen werken hier later en een avondmaal om 6 uur is zelfs onmogelijk.

Verder zijn er nog enkele opmerkingen:

  • Je vermengt Spaans en Nederlands en je praat Spaans tegen uw familie zonder het te beseffen. Je zegt bueno en pues in het midden van een Nederlandse zin.
  • Mensen praten over buitenlanders als ‘guiris‘ zonder te beseffen dat je zelf een buitenlander bent.
  • Je weet niet of je (nog) volledig past in de Nederlandse/Vlaamse of Spaanse maatschappij maar je vindt beiden wel uw thuis
  • Men vraagt je in Nederland/Vlaanderen van waar je afkomstig bent omdat je zo’n raar accent hebt.